Wat is de betekenis van Teug?

2025-07-14
Prisma Nederlands Fries

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-14
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2025)

2025-07-14
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Teug

v. (-en), 1. hoeveelheid drank, lucht of rook die men in één keer naar binnen trekt, in de mond neemt, slok : hij dronk het glas in één teug leeg ; met lange teugen drinken ; hij ademde de vrije lucht met volle teugen in ; — (fig.) met volle teugen van iets genieten ; 2. (drukk., veroud.) de aan de keerzijde van h...

2025-07-14
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

teug

teug - Zelfstandignaamwoord 1. een grote slok Hij dronk het water met teugen tegelijk.

2025-07-14
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

teug

teug - zelfstandig naamwoord 1. hoeveelheid van één keer slikken ♢ hij nam een teug van zijn bier 1. met volle teugen genieten [volop] Zelfstandig naamwoord: teug de teu...

2025-07-14
Zuid-afrikaans woordenboek

H.J. Terblanche - M.A., D. Litt

teug

teue, sluk; asemtog; met volle teue geniet, ten volle geniet.

2025-07-14
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Teug

s., slok, swolch, lûk, sloarp, slurp, sûch, hael.

2025-07-14
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

Wil je toegang tot alle 18 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2025-07-14
Humoristisch woordenboek

H. Moritsen (1939)

Teug

Slok, waar weinig deftig is.