Wat is de betekenis van strekken?

strekken - Werkwoord 1. (ov) het zo ver mogelijk uitrekken in de lengte. ♢ Hij strekte zijn been om de bal tegen te houden. 2. absoluut ~ tot fungeren, dienen ♢ Bloedige striemen en andere wonden strekten tot getuigenis dat Romeinse slaven enkel onder...

strekken - regelmatig werkwoord uitspraak: strek-ken 1. lang en recht maken ♢ hij strekte zijn armen en benen 1. de benen strekken [een stukje lopen] 2. een gestre...

(ov ww; strekte; h. gestrekt) SP 1 - (mbt. lichaamsdelen) zo veel mogelijk in de lengterichting brengen, bv, de rechterarm tijdens de follow-through. Een oorzaak van het toppen van de bal kan liggen in het strekken van de benen in de downswing. Dat gebeurt nogal eens als men tegen de bal wil slaan in plaats van erdoorheen te zwaaien tol aan de eind...

(ov ww; strekte; h. gestrekt) SP - stretchen: rekken en strekken

(ov ww; strekte; h. gestrekt) 1 SP - houding aannemen waarbij het hoofd, de romp en de benen zo veel mogelijk in de lengterichting zijn gebracht, één rechte lijn vormen, bv. een gestrekte handstandoverslag tot ruglig uitvoeren: gestrekte salto, draai om de breedteas met gestrekte benen. 2 SP - stretchen: rekken en strekken

's ochtends bij het ontwaken moet men flink het lichaam uitrekken, armen en benen strekken en in alle richtingen wenden. De dieren doen dit instinctief. Het bloed gaat wat sneller stromen en de stijfheid verdwijnt. Doordat alle cellen bij het s. wat uitrekken, worden ze met nieuwe zuurstof gevuld. Door deze eenvoudige oefening in de ochtend, b...

v., strekke, s t r i e k, s t r u t s e n; (rekken), rjochtsje; tot iets —, earne ta tiigje, tsjinje.

...

(strekte, heeft gestrekt), 1. (overg.) strak en veelal tevens vlak maken ; strak leggen, zetten, trekken: door het kammen wordt de wol tegelijkertijd gereinigd en gestrekt; 2. (onoverg.) strak worden: de plant verkeerde in het stadium vlak vóór het doorschieten of strekken der halmen. 3. (overg.) zoveel mogelijk...