stalen
stalen - Bijvoeglijk naamwoord 1. van staal vervaardigd ♢ Er moest een stalen plaat op gelast worden. stalen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord staal stalen - Werkwoord 1. (ov) hard, sterk maken ♢ De sport...
Wiktionary (2019)
stalen - Bijvoeglijk naamwoord 1. van staal vervaardigd ♢ Er moest een stalen plaat op gelast worden. stalen - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord staal stalen - Werkwoord 1. (ov) hard, sterk maken ♢ De sport...
Muiswerk Educatief (2017)
stalen - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: sta-len 1. gemaakt van staal ♢ onze eettafel heeft stalen poten 1. het stalen ros [de fiets] 2. als van staal...
Marc de Coster (1998)
het - ros, clichében. voor de fiets. Vgl. Duits Stahlross; vgl. ook het ijzeren ros. Mijn mooie stalen ros met dat zwarte tankje als een struisvogelei... (Jan Wolkers: De perzik van onsterfelijkheid, 1980) Met het stalen ros aan de hand was hij naar huis gerend... (Rijk de Gooijer en Eelke de Jong: The best of Koos Tak, 1988) standaard, in de uit...
Fa. A.J. Osinga (1952)
1. v., stielje, hurdzje. 2. adj., stielen; een — voorhoofd hebben, (in) dûbeld fel foar de kop hawwe.
Van Dale Uitgevers (1950)
bn., 1. van staal gemaakt, uit staal bestaande: stalen vorken, messen; een stalen boog; stalen pennen; — (scherts.) een stalen pen, een (geklede) jas; — het stalen ros, de fiets; 2. (oneig.) van smelt- of vloeiijzer: stalen schepen, stalen stoomketels; 3. (fig.) als van staal; — sterk, m...
M. J. Koenen's (1937)
I. bn.; 1. van staal: stalen vorken, pennen, richels, messen, kettingen; het stalen ros, de fiets; 2. van smelt- of vloeiijzer: stalen schepen; stalen krukassen; 3. van staaldraad: stalen trossen; 4. als van staal: een stalen gestel, dat overal tegen kan; een stalen wil, onbreekbaar; een stalen vlijt, volhardend; een stalen geheugen, waaruit niets...
Jozef Verschueren (1930)
I ('sta:lən) bn. 1. van staal: baleinen, messen, pennen, spoorrails. → pen. 2. sterk : een gestel, geheugen; zenuwen. 3. onbuigzaam, onverzettelijk, een wil. 4. onvermoeid, volhardend : met vlijt. 5. geen afwijking toelatend : wetten. 6. onbewogen, strak : een gezicht. 7. onbeschaamd : een voorhoofd. II. (staalde, heeft gestaald)...
Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)
I. bn., 1. van staal gemaakt, uit staal bestaande: — vorken, messen; (scherts.) het — ros, de fiets; 2. (oneig.) — schepen; 3. (fig.) als van staal; sterk, met een groot weerstandsvermogen; iemand met — zenuwen; een — geheugen, zeer sterk en getrouw; onvermurwbaar: een — gezicht, waarop geen trek verraadt wat in...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: