Wat is de betekenis van slechts?

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

slechts

slechts - bijwoord 1. niet meer dan dat ♢ hij heeft slechts twee paar sokken Bijwoord: slechts Synoniemen maar

2024-04-27
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

slechts

Als bijw. van tijd: niet eerder dan, pas, eerst. (Gall., ter vert. van fr. ne ... que). Dat klein boomke stond daar slechts sedert verleden jaar, Taalb. 1974, II, 815. Het was slechts in 1900 dat Landsteiner ontdekte dat er eiqenlijk vier bloedgroepen waren, Vrouw en Wereld jan. 1975, p. 18.

2024-04-27
Ambtelijk taalgebruik

Wouter de Koning (1976)

slechts

alleen.

2024-04-27
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Slechts

adv., mar, inkeld, bleat.

2024-04-27
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-27
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Slechts

bw., 1. alleen, niet meer dan: dat kost slechts een gulden; 2. niet anders dan: je hebt slechts te gehoorzamen; vraag hem slechts....

2024-04-27
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

slechts

bw. (1 alleen maar; alleen; niet meer dan; 2 eenvoudigweg, zonder ergens aan te denken of zich aan te storen; 3 bij een wens: maar): 1. je hebt slechts te bevelen; het was slechts de vraag; slechts één gulden; 2. vraag het slechts; 3. had slechts dat woord niet gezegd.

2024-04-27
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

slechts

bw. [slecht 1 2] 1. alleen (maar): ik wilde u dit zeggen; indien gij gehoorzaamt; hij heeft het ten halve onderzocht; dat is een middel; de stem was de zijne niet. Syn. → alleen. 2. niet meer dan : er was tien man. 3. eenvoudig weg, zonder meer : beroep je op mij; jij hebt te bevelen. 4. maar : geef me dat -.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)