pleuren
...
Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)
Het begrip pleuren heeft 3 verschillende betekenissen: 1) met kracht gooien; smijten. Steeds met een voorzetselbepaling. 2) keihard vallen. Steeds met een voorzetselbepaling. 3) keihard regenen. keihard regenen; stortregenen. Alleen in de verbinding het pleurt.
Marc De Coster (2020-2024)
(1949) (oorspr. sold., thans inf.) belanden; leggen, (met kracht) gooien, smijten: 'iemand de deur uit pleuren'. Soms ook in de betekenis van vallen: 'in slaap pleuren' of van weggaan. Het laatste bijna altijd imperatief: 'pleur op, jij!' In Rotterdam: 'pleur naar je eiland!' Ga terug naar waar je vandaan komt! • Ze vonden zich alweer erg belo...
Marc De Coster (2017)
Pleuren - gooien, leggen, plaatsen: kleren in de kast pleuren. Die is van de pot gepleurd: gezegd van een vrij naïef persoon. Syn.: die is van de ratten, hoeren besnuffeld. Iets inje bast pleuren: vgl. plempen.
Muiswerk Educatief (2017)
pleuren - regelmatig werkwoord uitspraak: pleu-ren 1. met een zwaai uit je hand loslaten zodat het ergens anders terechtkomt ♢ Frank pleurde zijn schooltas in een hoek Regelmatig werkwoord: pleu-ren ik pleur ...
Prof. dr. P.G.J. van Sterkenburg (1997)
Het WNT kent dit werkwoord niet. Volgens Van Dale is het soldatentaal en heeft het de betekenis ‘plaatsen, leggen, zetten, doen’. Het zijn niet deze betekenissen die uit ons materiaal te analyseren zijn. Daaruit dringt zich veeleer de verwensende betekenis ‘oplazeren, oprotten, vallen, donderen’ op. Wellicht moeten wij van...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: