Wat is de betekenis van overvliegen?

2024-04-28
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

overvliegen

overvliegen - onregelmatig werkwoord uitspraak: o-ver-vlie-gen 1. naar de overkant vliegen ♢ deze man vloog als eerste de oceaan over 2. naar een ander gebied vliegen ♢ het wordt herfst: ik zag...

2024-04-28
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Overvliegen

v., oerfleane.

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Overvliegen

I. (vloog over, heeft overgevlogen), 1. over (iets) heen of naar de andere zijde van iets vliegen : Lindbergh vloog het eerst de oceaan over; — (oneig.) met grote snelheid gaan (rijden) over; 2. naar elders vliegen: wij zien ieder jaar de wilde ganzen overvliegen; (fig.) tot iem. overvliegen, in grote haast bij iem. kome...

2024-04-28
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

overvliegen

I. ('o:vər) (vloog over, heeft en is overgevlogen) 1. eroverheen vliegen : een afgrond 2. vliegend overkomen : de vogels hebben hun tijd van -,→ hij is uit Amsterdam overgevlogen. 3. vluchtig overkomen: hij is eventjes hierheen overgevlogen. II. (‘vli:gən) (overvloog, heeft overvlogen) een tijdlang over de oppervlakte ervan vlie...

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-28
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Overvliegen

Overvliegen - (vloog over, heeft overgevlogen), over (iets) heen vliegen; (fig.) tot iem. overvliegen, in groote haast bij iem. komen.

2024-04-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)