Wat is de betekenis van overtreffen?

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

overtreffen

overtreffen - onregelmatig werkwoord uitspraak: o-ver-tref-fen 1. beter, mooier, groter of sterker zijn ♢ Fabian overtreft zijn broer in lengte 1. het overtrof hun verwachtingen [was beter dan ze v...

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Overtreffen

v., to boppe gean; iem. — immen foarby komme; iem. kunnen — immen foarby kinne; iem.in praten, immen foarby prate.

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Overtreffen

(overtrof, heeft overtroffen), te boven gaan, beter, fraaier, groter enz. zijn dan een ander of iets anders, voorbijstreven: iem. overtreden in lengte, kracht, schoonheid, kennis; — hij heeft zichzelf overtroffen, hij heeft het beter gedaan dan hij tot nogtoe getoond had te kunnen.

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

overtreffen

-trof', h. overtroffen (te boven gaan; uitblinken boven): Bilderdijk overtreft de dichters van zijn tijd; zich zelf overtreffen.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

overtreffen

(ovər'treffən) (overtrof, heeft overtroffen) te boven gaan wat betreft gelijksoortige eigenschappen : hij overtreft zijn mededingers in de kunst; iets overtreft iemands verwachting, voorstelling; de -de →trap van vergelijking; zichzelf -, door meer dan gewone inspanning, iets zo voortreffelijk doen dat het niet beter kan.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

overtreffen

(overtrof, heeft overtroffen), te boven gaan, beter, fraaier, groter enz. zijn dan een andere of iets, voorbijstreven: iemand in lengte, kracht, schoonheid, kennis; de verwachtingen, ramingen -; met een bep. die het verschil aangeeft: de produktie van 1976 heeft die van 1975 met 10 % overtroffen; hij heeft zichzelf overtroffen, hij heeft het beter...

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 11 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Overtreffen

Overtreffen - (overtrof, heeft overtroffen), te boven gaan, beter, fraaier, grooter enz. zijn dan een ander of iets anders; — uitblinken, (iem.) voorbijstreven: iem. overtreffen in lengte, kracht, schoonheid, kennis; — hij heeft zichzelf overtroffen, hij heeft het beter gedaan, dan men verwacht had.