Wat is de betekenis van Krimp geven?

2024-04-26
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

Krimp geven

D.w.z. het opgeven, bijdraaien, toegeven, in zijn schulp kruipen; eig. krimpen, terugtrekken. Vgl. Winschooten, 127: de Heeren krimpen, dat is, sij staan niet meer op haar stuk, sij beginnen wat toe te geeven: laaten haar ooverreeden; Gew. Weeuw. II, 51: Ik geef geenzints krimp; II, 12; Tuinman I, 277; 282; Br. v. Abr...