Wat is de betekenis van klote?

2024-04-28
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

klote

1) (1970) (inf.) vervelend; slecht; rot. • Ja, hier ben ik weer, die kloteplaten van island altijd. (Arie B. Hiddema: Dag heer. 1970) • Ik heb ze van in het begin verwittigd. In dertien was ’t ook klote. (Walter van den Broeck: Groenten uit Balen. 1972) • Klote, dat je geen telefoon heb. (C. B. Vaandrager: De Hef. 1975) &bul...

2024-04-28
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

klote

klote - Bijvoeglijk naamwoord 1. (scheldwoord) beroerd, slecht, waar men grote afkeer van heeft Die hele manier van doen is toch gewoon klote, man!. Woordherkomst Verwijzend naar de balzak van een man

2024-04-28
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Klote

bn & bw (plat) beroerd, ellendig, waardeloos.

2024-04-28
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-28
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

klote

bn. en bw., beroerd, waardeloos.

2024-04-28
Etymologisch Woordenboek

Amsterdam University Press (2024)

2024-04-28
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

2024-04-28
Prisma Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)