Wat is de betekenis van introjectie?

2025-07-15
Eerste Medisch Systematische Ingerichte Encyclopedie

Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)

Introjectie

een psychologische term voor autoprojectie, het projecteren van oorspronkelijk voor anderen bestemde gevoelens op zichzelf.

2025-07-15
Encyclopedie voor Ziel- en Opvoedkunde

Drs. P. Wijkema (1936)

Introjectie

het betrekken van het object in de subjectieve cirkel der interessen (Jung). De neurotische mens neemt bij introjectie een zo groot mogelijk deel van de buitenwereld in het Ik op en maakt het tot onderwerp van onbewuste phantasieën.

2025-07-15
Katholieke Encyclopaedie

Uitgeverij Joost van den Vondel (1933-1939)

Introjectie

(< Lat. intra = naar binnen; jacere = werpen), verinnerlijking; in psycho-analytischen zin: het opnemen van de waamemingsobjecten in de eigen persoonlijkheid, eerst in concreten vorm, daarna in overdrachtelijken zin, met het doel de buitenwereld te leeren kennen. De primitieve drift van het jeugdige individu, langs oralen weg bevrediging te zoek...

2025-07-15
Wijsgeerige kunsttermen

Dr. C.J. Wijnaendts Francken (1925)

introjectie

Het inleggen van eigen psychische toestanden en werkzaamheden in dingen buiten ons, die zoodoende naar eigen beleving worden uitgelegd. Zie empiriocriticisme.

2025-07-15
Uitheemsche geneeskunde termen

dr. H. Pinkhof (1923)

Introjéctie

(Lat. jacio, werpen) het in zich opnemen van een lk-vreemde persoonlijkheid.

2025-07-15
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

introjectie

[→Lat.], v. (-s), vorm van afweermechanisme, waarbij men zich vereenzelvigt met een persoon of uitwendig object. (e) Introjectie als →afweermechanisme komt vooral bij depressie voor, waarbij een stuk agressie tegen een geliefd persoon wordt beleefd als agressie tegen zichzelf. Introjectie speelt verder een belangrijke rol bij de opbouw va...