houten
...
Jan Hoogland, Roel Otten | AUP Amsterdam Univerisity Press
Wiktionary (2019)
houten - Bijvoeglijk naamwoord 1. gemaakt van hout ♢ Deze prachtige houten tobbe wordt geheel compleet geleverd inclusief de houten trap. houten - Zelfstandignaamwoord 1. meervoud van het zelfstandig naamwoord hout Woordherkomst Afgeleid van hout met het achtervoegsel...
Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)
Nabootsen van getimmerd hout met schilderkunstige middelen zoals verf en vernis. Deze voorstelling kan variëren van bedrieglijk echt (b.v. met versteknaden en kwasten) tot symbolisch abstract, met slechts een globale aanduiding van houtnerf en ‘spiegels’. Deze laatste opvatting is de oudste. Kleurbedoelingen en nerfsymmetrie zijn o...
Muiswerk Educatief (2017)
houten - bijvoeglijk naamwoord uitspraak: hou-ten 1. gemaakt van hout ♢ zij wonen in een houten huis Bijvoeglijk naamwoord: hou-ten
Aad Struijs (2002)
Bij de bestaande modeltuinen is de aandacht vooral gericht op de beplanting, terwijl het ontwerp erachter van ondergeschikt belang is. In park Makeblijde ligt de nadruk vooral op het ontwerp. In het eerste tuinarchitectuurpark van Nederland geven dertig tuinarchitecten hun visitekaartje af. Soms met uitbundige tuinen, soms met minimale middelen lat...
Marc de Coster (1998)
1. de- broek,een ondertussen verouderde benaming voor de preekstoel. Men sprak ook wel (op een minder eerbiedige manier) over de waskuip. Eenmaal in de houten broek had hij tot zijn schrik vastgesteld dat de gemeente in doorsnee zo’n gevorderde leeftijd bezat... (Lennaert Nijgh: Tobia of de Ontdekking van het Masturbariaat, 1971) 2. een - bek hebb...
Gerelateerde zoekopdrachten
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: