Wat is de betekenis van het verrekken?

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

het verrekken

(1959) (inf.) het vertikken. • „Ik verrek het!" schreeuwt hij. „Met die schoft van een Tony ga ik niet in zee!" (Richard Perridon: Ik lijk op ‘t lijk. 1959) • ‘Wat zei je daar?’ toornde zij, haar jongste in een klem grijpend. ‘Dat ik het verrek,’ zei de kleine nogmaals duidelijk. (Toon Kortooms:...