Wat is de betekenis van Harde?

2024-04-19
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

harde

1) (1980) (inf.) erectie. Ook wel: harde jongen. Syn.: bloedlul*; boner*; boomstam*; buslul*; deurklopper*; Drentse* paal; Eiffeltoren*; grote* broer; heipaal*; hoogteroer*; kanonsloop*; kapstok*; knoeper(d)*; lantarenpaal*; lat*; mast*; ODOL*; opsteker*; paal*; peppel*; slagboom*; staalpaal*; staander*; stans*; steigertje*; stibbie*; stijfje*; sti...

2024-04-19
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

harde

harde - Bijvoeglijk naamwoord 1. verbogen vorm van de stellende trap van hard harde - Werkwoord 1. aanvoegende wijs van harden

2024-04-19
Ewoud Sanders woordenboeken

Ewoud Sanders (2019)

Harde

Harde is in 1881 in Gent gehoord voor 'borrel'. Een Gents dialect woordenboek uit 1950 beschouwt het als een typisch Gents woord en geeft als voorbeeld-zin: eerst ne zwarte en dan nen harde voor 'eerst een kop koffie en daarna een borrel'. Het woord kwam ook voor in de vorm harte. Mogelijk moet men hier simpelweg denken aan 'iets dat hard aankomt'....

2024-04-19
Frans woordenboek (FR-NL)

Dr. F.P.H. Prick van Wely (1952)

Harde

troep [rood wild], zwerm [vogels]; koppelband; koppel [honden]; hardes, plunje, goed, kleren.