Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 07-08-2022

harde

betekenis & definitie

1) (1980) (inf.) erectie. Ook wel: harde jongen. Syn.: bloedlul*; boner*; boomstam*; buslul*; deurklopper*; Drentse* paal; Eiffeltoren*; grote* broer; heipaal*; hoogteroer*; kanonsloop*; kapstok*; knoeper(d)*; lantarenpaal*; lat*; mast*; ODOL*; opsteker*; paal*; peppel*; slagboom*; staalpaal*; staander*; stans*; steigertje*; stibbie*; stijfje*; stijve*; stok*; stormram*; tamp*; tentenkamp*; trapleuning*; vlaggenmast*.

• ... ik kan geen harde van haar krijgen. (Dolf de Vries: Boos door een ruitje. 1980)
• Het was mijn eerste keer met een zwangere vrouw en het was tevens de eerste keer dat iemand mij zijn vrouw aanbood. Toch kreeg ik geen harde en ik gaf het enigszins verlegen met de situatie al spoedig op. (René/ Renate Stoute: De heilgen zijn dood. 1982)
• Ik had liever dat Jean-Luc een slechte jongen was geweest die allerlei perversiteiten uitspookte dan een ethische nicht die nauwelijks een harde kon krijgen. (Gerard Reve: Het Boek van Violet en Dood. 1996)
• Teleurgesteld hield ik op. Dat heb ik weer, ging het door me heen (en ook ‘opoe’, hallo??) en liet haar strelende hand over mijn harde jongen gaan. (Peter Langendam: Morgen gebeurt het. 2007)
• En we hadden al een keer getongd bij de wrapparty, voor de gein, op de Supperclubboot, en toen voelde ik dat hij een harde had. (Beau van Erven Dorens: Pijn. 2008)
• Haar hand glijdt naar mijn gulp. Zo’n harde heb ik al lang niet meer gehad. (Thomas Blondeau: Het West-Vlaams versierhandboek. 2013)
• Toen hij zag dat meer jongens als gevolg van het schouwspel met een harde te kampen kregen, deed Adam minder krampachtig moeite om de zijne te verbergen. (Marion Bloem: Lust en liefde. 2014)
• Hij loopt achterstevoren omhoog, ik maak zijn broek los, haal zijn harde eruit en begin te zuigen. (Heleen van Royen: Sexdagboek. 2018)
• Ik krijg er een harde van als je zo vurig bent. (Mano Bouzamour: Bestseller Boy. 2018)

2) (1881) (Gent, Leiden) borreltje, glaasje jenever. 'Eerst ne zwarte en dan nen harde': eerst een kop koffie en daarna een borrel.

• (L. Lievevrouw-Coopman: Gents Woordenboek. 1974)
• (Ewoud Sanders: Borrelwoordenboek. 1997)
• (Hans Heestermans: Leidens mooiste woord. 2007)