Wat is de betekenis van Grootbrengen?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

grootbrengen

grootbrengen - Werkwoord 1. (ov) het ouderschap over opgroeiende kinderen uitoefenen Een gezin met zes kinderen groot te brengen is geen eenvoudige zaak. Woordherkomst samenstelling van groot en brengen

2024-04-26
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

grootbrengen

grootbrengen - onregelmatig werkwoord uitspraak: groot-bren-gen 1. ervoor zorgen dat hij volwassen wordt ♢ ik ben grootgebracht door pleegouders Onregelmatig werkwoord: groot-bren-gen ik breng groot (... ik grootb...

2024-04-26
Frysk Wurdboek (Friesch woordenboek)

Fa. A.J. Osinga (1952)

Grootbrengen

v., great-, opbringe, greatmeitsje; (van moederloos lam of veulen), opwouterje.

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Grootbrengen

(bracht groot, heeft grootgebracht), (van kinderen) ze door gestadige zorg van zuigelingen tot volwassen persoon doen opgroeien: van al haar kinderen heeft zij er maar één mogen grootbrengen, al de andere zijn vroeg gestorven; er behoort wat toe voor een weduwe om haar kinderen alleen groot te brengen; hij was gro...

2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

grootbrengen

bracht groot, h. grootgebracht (opkweken, opvoeden): een kind grootbrengen.

2024-04-26
Modern Woordenboek

Jozef Verschueren (1930)

grootbrengen

(bracht groot, heeft grootgebracht) lichamelijk tot ontwikkeling brengen; kinderen. Syn. opfokken, opkweken, opvoeden.

2024-04-26
Oosthoek Encyclopedie

Oosthoek's Uitgevers Mij. N.V (1916-1925)

grootbrengen

(bracht groot, heeft grootgebracht), (overg.) (van kinderen) hen door voortdurende zorg van zuigelingen tot volwassen personen doen opgroeien: van al haar kinderen heeft zij er maar één mogen —, al de anderen zijn vroeg gestorven; zij werd zeer godsdienstig grootgebracht.

2024-04-26
Prisma Groot Woordenboek Nederlands

Unieboek | Het Spectrum (2024)

Wil je toegang tot alle 10 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandsche taal

J.H. van Dale (1898)

Grootbrengen

GROOTBRENGEN, (bracht groot, heeft grootgebracht), (van kinderen) ze door gestadige zorg van zuigelingen tot volwassen persoon doen opgroeien van al hare kinderen heeft zij er maar één mogen grootbrengen, al de andere zijn vroeg gestorven; er behoort wat toe voor eene weduwe om hare kinderen alleen groot te brengen; hij was grootgebracht in het Kat...