Wat is de betekenis van evacueren?

2024-04-26
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

evacueren

evacueren - Werkwoord 1. (ov) een gebied ontruimen wegens gevaar Het hele dorp werd geëvacueerd vanwege de komende vloedgolf. 2. ergatief de woonplaats voor de veiligheid verlaten Nog geen etmaal later stond de kerk zeker een meter onder water. Daar hadden de Mo...

2024-04-26
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Evacueren

[Lat. e-vacuare, -atum = ont-ledigen, leeg maken, van vacuus = leeg] 1 (alg.) afvoeren en elders onderbrengen van de burgerbevolking in geval van rampen; 2 (mil.) a afvoeren van de burgerbevolking uit gebieden waar oorlogsgeweld dreigt of waar verdediging wordt voorbereid; b afvoe...

2024-04-26
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Evacueren

wegzenden van de burgerbevolking uit een bepaald gebied; ontruimen

2024-04-26
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Evacueren

ontruimen; ontlasten

2024-04-26
Woordenboek Nederlands-Turks

Mehmet Kiriş (2024)

2024-04-26
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Evacueren

(evacueerde, heeft geëvacueerd), (<Fr.), 1. (een gebied, een gebouw) ontruimen. 2. (personen) uit een bep. gebied wegzenden en elders onderbrengen; (mil.) zieken ter herstel elders heen zenden.

2024-04-26
Vreemde woorden in de natuurkunde en namen der chemische elementen

Prof. Dr. P.H. van Laer (1949)

Evacuëren

(Lat. evacuáre = ledig maken; < → ex(1), + → vácuus = ledig). Luchtledig (of gasledig) maken.

2024-04-26
Kramers woordentolk

Jacon Kramers Jz (1948)

evacueren

ontruimen; zieken en gewonden wegzenden naar het achterland tot herstel.

Wil je toegang tot alle 15 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-26
Verklarend handwoordenboek der Nederlandse taal

M. J. Koenen's (1937)

evacueren

geëvacueerd (Fr. [Lat. evacuare, v. vacuus = leeg]: ontruimen; zieken naar elders zenden tot herstel).