evacueren - Werkwoord
1. (ov) een gebied ontruimen wegens gevaar
♢ Het hele dorp werd geëvacueerd vanwege de komende vloedgolf.
2. ergatief de woonplaats voor de veiligheid verlaten
♢ Nog geen etmaal later stond de kerk zeker een meter onder water. Daar hadden de Moerdijkers toen geen oog voor. Zij evacueerden massaal.
Woordherkomst
afgeleid van het Franse évacuer (met het achtervoegsel -eren)
Inloggen
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Favorieten
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen:
- Je eigen Ensie account
- Direct toegang tot alle zoekresultaten
- Volledige advertentievrije website
- Gratis boek cadeau als welkomstgeschenk
Bronnen
Bronnen: