Wat is de betekenis van effect?

2024-04-20
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

effect

Het begrip effect heeft 3 verschillende betekenissen: 1) uitwerking. gevolg van een handeling, ontwikkeling, werking of verschijnsel; uitwerking. 2) afwijkende baan van een bal. afwijkende baan van een speelbal als gevolg van een draaiende, tollende beweging van de bal die men door een bepaalde manier van slaan bewerkstelligt; draai-...

2024-04-20
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

effect

effect - Zelfstandignaamwoord 1. uitwerking, invloed, het gevolg van een handeling of gebeurtenis Het is afwachten wat het effect zal zijn. De aanpassing bracht niet het gewenste effect. 2. (economie), (financieel) waardepapier, zoals een oblig...

2024-04-20
Jargon & Slang van Politici

Marc De Coster (2017)

Effect

Effect - verbonden met de naam van een bepaalde politicus betekent het: politiek succes te danken aan de uitstraling van die bepaalde politicus. Zo had men het in 1977 over het Tindemans-effect in België, toen Leo Tindemans zijn partij, de CVP (christen-democraten), een grandioze overwinning had bezorgd. In de jaren tachtig sprak men over het Gorba...

2024-04-20
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

effect

effect - zelfstandig naamwoord uitspraak: ef-fect 1. het nut, de invloed of het gevolg ♢ het effect van laat naar bed gaan is dat je 's morgens moeilijk wakker wordt 2. waardepapier als bewijs dat iemand geld heeft gestoken in e...

2024-04-20
Golfsportwoordenboek

Jan Luitzen (2009)

effect

(het; -en) - (on)bedoelde wentelende of tollende beweging van de golfbal, bv. terugwaartse draaiing om de horizontale as door laag te raken (backspin of underspin) of voorwaartse draaiing om de horizontale as door hoog te raken (topspin of overspin), of draaiing om de verticale as door aan de zijkant te raken (sidespin). → spin

2024-04-20
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Effect

(effekt) gevolg; waardepapier; hoeveelheid arbeid per seconde verricht; tollende beweging (van een bal)

2024-04-20
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Effect

1. werking, gevolg; 2. in de natuurkunde: de verrichte arbeid per seconde, ook wel vermogen genoemd; 3. tollende beweging van een speelbal. Bij het biljarten b.v. onderscheidt men stoten die met de keu loodrecht (i) op of van opzij (2 en 3) tegen de bal worden uitgevoerd. Deze laatste noemt men „met effect” gestoten, daar de speler hier...

2024-04-20
Surinaams woordenboek

J. van Donselaar (1936)

effect

(de/het, -en), (ook, hist.:) plantage (A.1). Ook de plantage had mij goed bevallen. Het was werkelijk een mooie effect (Bartelink 38). Etym.: Veroud. AN e. = o.m. goed, bezitting, vooral onroerend; echter bij Stedman (1796: 46): E effect plantage,

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-20
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Effect

uitwerking; hoeveelheid arbeid door beweegkracht verricht; draaiende beweging van biljartbal; verhandelbaar waardepapier : aandelen, obligaties enz.; effect sorteren, uitwerking, resultaat hebben