dumpen
(werkwoord) [alg.] plempen - Toen de soldaat hoorde dat zijn land had gecapituleerd, plempte hij zijn geweer in een sloot en ging naar huis. [alg.] storten, lozen, afdanken, wegwerpen - Omdat ze geen zin hebben hun afval naar het stort te brengen, storten ze het in de natuur. [alg.] onderaanbieden, verramsjen, (markt)plempen - Omdat Europa...