Wat is de betekenis van dekken?

2024-04-27
Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

dekken

1) (17e eeuw) (plat) copuleren. Oorspr. enkel m.b.t. dieren. Het WNT citeert o.a. 'Brabbelingh' (1669) van R. Visscher. • ... een avondje uit naar een nachtgelegenheid waar op een toneel een vrouw door een hond werd gedekt. (Gerard Reve: Op weg naar het einde. 1963) • Ik werd zo heet dat ik haar panterjurk opschoof tot boven haar middel,...

2024-04-27
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

dekken

dekken - Werkwoord 1. (ov) voorzien van een dak     ♢ Dat huis is met riet gedekt. 2. (ov) de tafel ~ alles op tafel leggen en zetten voor het houden van een maaltijd     ♢ Zij dekte de tafel voor het kerstmaal. 3. (ov) een verzekering voor een eventualiteit af...

2024-04-27
Historische collectie Nederland

Rijksdienst voor het cultureel erfgoed (2019)

dekken

Vloer (dak) dat de holte van een schip van boven afsluit.

2024-04-27
Muiswerk Educatief

Muiswerk Educatief (2017)

dekken

dekken - regelmatig werkwoord uitspraak: dek-ken 1. er iets overheen doen ♢ hij dekt het dak met teer 1. de tafel dekken [er alles op zetten] 2. de verf dekt goed...

2024-04-27
Bridge Opzoekboek

drs. Toine van Hoof (2017)

dekken

In de tweede of derde hand een hogere kaart bijspelen dan die van de rechtertegenstander. Meestal van toepassing op honneurs. Zie ook: honneur op honneur

2024-04-27
Jargon & Slang van Voetballers

Marc De Coster (2017)

Dekken

Dekken - het beletten door de verdedigers dat de tegenspelers effectief gebruik kunnen maken van de bal. Men stelt zich dan achter de betreffende speler op.

2024-04-27
Financieel Woordenboek

Frits Conijn & R.M. van Poll (2003)

dekken

dekken - Kopen van effecten of valuta’s die men eerder heeft verkocht zonder ze te bezitten. Zie ook short covering.

2024-04-27
Vlaams-Nederlands woordenboek

Peter Bakema (2003)

dekken

- de bedden dekken, de bedden opmaken.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-27
Zuidnederlands Woordenboek

Walter De Clerck (1981)

dekken

(Een bed) opmaken. De deur is los, maar het bed is niet gedekt, VAN AKEN 1965, 50.