Caput
afk. c of cap [Lat.] hoofd, hoofdstuk.
Jos Liefrink (1989)
Caput - Rechtspersoonlijkheid van een mannelijk burger. Zij omvatte ten opzichte van het Romeins recht drie elementen: de status libertatis, de status civitatis en de status familiae (zie Civis). De burger kon deze volheid van burgerrechten verliezen, geheel of gedeeltelijk. Er waren verschillende gradaties. De Capitis deminutio minima...
Uitgeversmaatschappij A. Manteau N.V. (1954)
Lat. voor hoofd, in het bijzonder voor de „kop”, d.w.z. het voorste dikste of meest ronde deel van een orgaan (spier, klier, been e.a.); bijv.: Caput femoris is de dijbeenkop. Caput medusae is de beschrijving van een sterke aderspatvorming rond de navel (zie Medusahoofden cirsomfalis). Caput obstipatum is scheefhals. Caput quadratum...
Van Dale Uitgevers (1950)
(Lat.), o. (capita), 1. hoofd; 2. hoofdstuk; capita selecta, uitgelezen hoofdstukken (titel van voordrachten of verhandelingen); 3. caput mortuum, dodekop, het bezinksel dat bij de bereiding van zwavelzuur uit ijzervitriool in de retort achterblijft.
Dr. J.F.L. Montijn (1949)
ĭtis, n. hoofd, kop, I. eig., a. (van mensen) caput aperire, ontbloten, Cic., aut caput aut navim, een spel, waarbij een geldstuk in de hoogte geworpen werd, om te zien of de Januskop dan wel het schip boven viel, dus = kruis of munt, Aur. Vict., nec caput nec pedes habere, spreekw., kop noch staart, d. i. begin noch einde heb...
Log hier in om direct te kunnen beginnen met schrijven.
Wil je dit begrip toevoegen aan je favorieten? Word dan snel vriend van Ensie en geniet van alle voordelen: