Bekocht zijn
D.w.z. bij een koop bedrogen zijn, een slechten koop gedaan hebben, gesnoten zijn (17de eeuw); ook fig. In de middeleeuwen kende men een wkw. enen becopen, in den zin van bij een verkoop winst behalen op iemand, een goeden verkoop doen aan iemand; in het passief becocht, duur gekocht, van een zaak, bijv. een onderneming; bec...