Wat is de betekenis van asceet?

2024-04-29
Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

asceet

religieus, sober levend persoon. iemand die zich op basis van godsdienstige motieven of levensovertuiging genot ontzegt, sober leeft en beproevingen ondergaat. Voorbeelden: Hij vroeg zich af waarom een mens zo moet lijden en pijn hebben tijdens zijn leven. Hij besluit zijn luxueus leventje vaarwel te zeggen en bij de asceet in de lee...

2024-04-29
Nederlandstalige WikiWoordenboek

Wiktionary (2019)

asceet

asceet - Zelfstandignaamwoord 1. iemand die zich aan godsdienstige praktijken en boetedoeningen wijdt en zeer sober leeft

2024-04-29
Ikonen Lexicon

Karin Braamhorst (2004)

Asceet

Een asceet (gr. beoefenaar) is iemand die zich alles ontzegt voor het geloof. Alle wereldse genoegens worden geweigerd; asceten vasten en bidden om dichter tot God te komen. Ascetische heiligen hadden wel menselijke emoties, maar die overwonnen ze met hun geesteskracht. Ze bezaten apatheia, wat betekent dat ze vrij waren van menselijke passies en e...

2024-04-29
Woordenboek vreemde woorden

A. Kolsteren en Ewoud Sanders (1994)

Asceet

[MLat. asceta, van Gr. askètès] beoefenaar van de ascese.

2024-04-29
Vreemd Nederlands

Jan Meulendijks (1993)

Asceet

persoon die zich aan vrome boetedoening wijdt; persoon met sobere levenswijze

2024-04-29
Encyclopedie voor Zelfstudie

drs. L.A. Beeloo (1981)

Asceet

iemand die van alle gemak en genot afziet om innerlijk volmaakter te worden. Zulk een strenge levenswijze heet ascese.

2024-04-29
Kerkelijk woordenboek

Professor mag. dr. J.B. Kors o.p. (1967)

Asceet

degene, die de ascese beoefent, d.i. de beoefening der deugd tot zelfheiliging, het streven naar de geestelijke volmaaktheid. Dikwijls verbonden met → mystiek, als twee vormen van geestelijk leven, die hierin van elkaar verschillen, dat bij de ascese de nadruk gelegd wordt op de menschelijke werkzaamheid, in de mystiek op de goddelijke genade....

2024-04-29
De vreemde woorden

Fokko Bos, Dr. O. Noordenbos (1955)

Asceet

iemand die in vrome en strenge afzondering leeft, boeteling; onthouder.

Wil je toegang tot alle 20 resultaten?

Ja, ik word vriend van Ensie!
2024-04-29
Groot woordenboek der Nederlandse taal

Van Dale Uitgevers (1950)

Asceet

(<Gr.), m. (asceten), 1.(oorspr.) iem. die zich in de eenzaamheid aan vrome boetedoeningen wijdt; 2.(fig.) iem. van zeer vrome, strenge levenswandel : iem. die zich onthoudt van zinnelijke genoegens.