Wat is de betekenis van (Op)dokken?

2024-04-29
Nederlandse spreekwoorden

F.A. Stoett (1923-1925)

(Op)dokken

D.w.z. betalen, geld geven; vgl. ook afdokken, dat eveneens betalen, afschuiven beteekent [i](Ndl. Wdb.[/i] I, 909; Jord. 260), waarnaast eertijds ook uitdokken en overdokken voorkwam. Het wkw. dokken vermeldt Kiliaen met de beteekenis dare, cito dare, promere (voor den dag halen) naast opdoeken, dare, promere...