Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

kraag

betekenis & definitie

Het begrip kraag heeft 6 verschillende betekenissen:

1) keel.
keel; hals.
Komt alleen nog voor in enkele uitdrukkingen.

2) rand die de hals omsluit.
omgevouwen of rechtopstaande rand die de hals omsluit en gedeeltelijk bedekt, meestal vastzittend aan de halsopening van een kledingstuk, bijvoorbeeld een jas, een blouse, een overhemd of een jurk, maar soms ook als los attribuut en die dient ter bedekking of bescherming of om esthetische redenen wordt gedragen.

3) rand haar of veren.
rand van haar of veren bij dieren in de hals, meestal in een kleur afwijkend van die van de rest van het verenkleed of de beharing.

4) dichtbegroeide plantenrand.
dichtbegroeide rand, die bestaat uit planten als riet of bamboe.
Alleen in enkele samenstellingen.

5) laag schuim op drank.
laag schuim op een drank, meestal op bier.

6) uitstekende rand van iets.
rand, uitstekend gedeelte aan of van iets, bijvoorbeeld aan een muur of van een gebruiksvoorwerp.