Algemeen Nederlands Woordenboek

Algemeen Nederlands Woordenboek (2009-heden)

Gepubliceerd op 30-05-2017

ijs

betekenis & definitie

Het begrip ijs heeft 5 verschillende betekenissen:

1) water in bevroren toestand.
water dat door afkoeling een vaste vorm heeft aangenomen, hetzij natuurlijk door vorst in koud weer of in een koud klimaat, hetzij door kunstmatig bevriezen; water in bevroren toestand.

2) bevroren waterdamp of neerslag.
ijs dat zich vormt door bevriezing van waterdamp of neerslag en zich aan oppervlakken of voorwerpen hecht; aanslag van bevroren waterdamp of neerslag.

3) bevroren oppervlak van een water.
laag ijs die zich door vorst vormt op een meer, waterloop, zee enz.; bevroren oppervlak van een water.

4) koude lekkernij.
lekkernij die bestaat uit een bevroren, halfzachte substantie, bereid uit zuivel, suiker en smaakgevende ingrediënten als vanille, nootjes en fruit, of uit vloeistoffen op basis van vruchten of limonades.

5) bevroren substantie.
bevroren, tot een vaste toestand overgegane substantie die onder gewone omstandigheden veelal gasvormig is en onder meer voorkomt in sommige hemellichamen, zoals kometen.