bij de decoratie van Chinese keramiek en in het bijzonder van porselein werd kobaltoxide gebruikt. In de Yüan-periode werd deze kleur in Ching-te-chen geperfectioneerd.
Het mooiste kobaltblauw ook Mohammedaans blauw genoemd werd vanaf de 14de eeuw uit het Midden-Oosten geïmporteerd. In de latere Ming-periode werd inheems kobalt gebruikt, dat ten gevolge van het aanwezige mangaan een grijze kleur heeft en dus minder mooi is. Verschillende tinten blauw werden verkregen door gezuiverd en ongezuiverd (ijzerhoudend) kobalt te mengen.