( alkanen of verzadigde koolwaterstoffen) Reeks verbindingen van de samenstelling CnH2n+2. De lagere termen zijn gassen b.v. methaan ( moerasgas); de hogere vloeistoffen en vaste stoffen.
De p. zijn onoplosbaar in water, oplosbaar in alcohol en aether. Zij zijn alle brandbaar. de lagere vermengd met lucht explosief. Afgezien van hun gedrag t.o.v. zuurstof en de halogenen zijn de p. bij weinig verhoogde temperatuur weinig reactief. Door oxydatie met lucht bij temp. tussen 150 en 200 , al dan niet bij aanwezigheid van katalysatoren, kunnen de p. in een mengsel van hogere vetzuren worden omgezet. Dit proces kan van betekenis zijn met het oog op kunstmatige productie van vetten.De p. komen naast andere koolwaterstoffen voor in natuurlijke wassoorten en vooral in de z.g. minerale oliën (aardolie). Men neemt aan, dat de aardolie is ontstaan uit plantaardig zowel als uit dierlijk materiaal, in het bijzonder uit zwevende flora en fauna (plankton) van binnenzeeën. Daarop wijst o.m. het feit, dat in p. porphyrinen voorkomen; dat zijn kleurstoffen, die met chlorophyl en met haemine in verband staan. Paraffineolie en vaste p. bestaan uil een mengsel van hogere alkanen. P. wordt o.a. toegepast bij de kaarsenfabricage, in de lucifersindustrie, voor bedekken van vruchten, kaas, vlees enz. om bederf te weren, voor het bewaren van hout, als wassurrogaat enz.