waren vóór 1937 instellingen,
tot wie de verpachters en pachters zich konden wenden om voorlichting en aan wie zij tevens het beslissen van bestaande of toekomstige geschillen konden opdragen. De p. konden in het leven worden geroepen door het particuliere initiatief of door de Overheid worden ingesteld. Een poging om deze commissies van overheidswege in te stellen op grond van een wet is mislukt, omdat het betrokken ontwerp de vereiste meerderheid in de Eerste kamer der Staten-Generaal niet mocht behalen. Het ligt voor de hand dat na het in werking treden van de Pachtwet en het Pachtbesluit de behoefte aan p. niet meer beslaat.