is een groeiproces, waardoor wonden aan stam of takken van houtgewassen ten dele of ook wel geheel kunnen worden gesloten.
Het nabij de wondranden gelegen cambium groeit uit tot een callus-wal. Deze vormt aan de buitenzijde kurk en inwendig ontstaat een cambium, dat zich aansluit bij het cambium van het houtlichaam. Door de werkzaamheid van dit cambium wordt hout en bast gevormd.
De allengs groter wordende wal breidt zich over de wond uit en kan deze soms geheel overgroeien.