(1851-1933) werd, na enige jaren bij het M.O. werkzaam te zijn geweest, in 1890 hoogleraar te Groningen. Van het begin af had hij, een niet-florist, bijzondere belangstelling voor preciese en uitvoerige beschrijvingen van de steeds zo gecompliceerde objecten der natuurlijke historie.
Op dit terrein liggen de publicaties, die hem een grote naam hebben bezorgd. In 1906-1916 verschenen 3 drukken van zijn Handboek der Plantbeschrijving.Behalve het gebruik van juiste technische termen legde M. bijzondere nadruk op nauwkeurig te volgen aanwijzingen (schema’s) voor het verkrijgen van complete, onderling gemakkelijk vergelijkbare beschrijvingen, die hij geschreven portretten
noemde. In 1923 verscheen, in samenwerking met zijn leerling Dr H. H. JANSSONIUS, Botanical Pen-Portraits en een jaar na zijn dood Phytography as a fine art.