Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 18-11-2021

Leenman

betekenis & definitie

Hij die, krachtens leenrecht, goederen (bijna steeds onroerende goederen) van een leenheer had ontvangen. De l. was in de middeleeuwen verplicht aan zijn leenheer wapen- en andere diensten te bewijzen; deze zijn in de Spaanse tijd buiten gebruik geraakt en daarna bezit de l. zijn goed praktisch als eigenaar, met dit verschil, dat het leen aan speciale regels van vererving is onderworpen en dat het niet gesplitst, bezwaard of overgedragen kan worden dan met de (niet gratis te verkrijgen) medewerking van de leenheer.

Ten gevolge van de omwenteling van 1795 zijn de lenen in gewone eigendommen veranderd.