is een zeer vaste, gereduceerde, zeer zware, vaak blauw-grijs gekleurde kleilaag, voorkomende in de komgronden in het rivierkleigebied. Deze laag is meestal ca 10 cm dik en bevindt zich op ca 50 cm onder het maaiveld.
Er boven en beneden bevinden zich door roest roodbruin gevlekte horizonten. Soms komen twee l. in een komgrondproficl voor. De l. belemmert het wegzakken en opstijgen van water. Lucht dringt er bijna niet in door. Men meent, dat deze laag een oud vegetatie-oppervlak voorstelt of wel het wortelprofiel van een vroegere vegetatie is.