Abnormale troebeling van de ooglens, die er bij opvallend licht meestal grijs of wit uitziet en de pupil een melkachtige tint verleent. De aandoening wordt ook ‘grijze staar’ genoemd.
Zij komt voor als ouderdomsvcrschijnscl en is bij honden boven 10 jaar regelmatig waar te nemen. Ook kan c. ontstaan in aansluiting aan ontstekingsprocessen, door voedingsstoornis van het lenslichaam, door bepaalde giftige stoffen (speciaal naphthaline en ook moederkoren kunnen grijze staar veroorzaken). Soms is c. aangeboren. Er mag echter worden aangenomen, dat een groot deel der aangeboren lenstroebelingen een gevolg is van toxische invloeden vóór de geboorte. De nog onvolledig ontwikkelde ooglenzen van de nog ongeboren vrucht zijn minder resistent tegen deze invloeden. Zo is bekend, dat het doorstaan van ‘rode hond’ door een aanstaande moeder in een bepaalde periode van de zwangerschap de mogelijkheid opent, dat het kind later met lenstroebeling geboren wordt.