Agrarisch Encyclopedie

Veerman (1954)

Gepubliceerd op 21-01-2021

Bunzing

betekenis & definitie

Putorius putorius putorius L., is een slank roofdier met een gele ondervacht en lange, bruine dekharen. De oorranden, het puntje van de neus en de lippen zijn witgekleurd.

Het pelsje van de b. wordt onder de naam van ‘Iltis’ in de handel gebracht. Bij angst of woede verspreidt het dier een zeer onaangename geur. De b. is door zijn verborgen en nachtelijke levenswijze een weinig bekend dier. Het komt echter vrij algemeen in geheel Ned. voor, behoudens op de Waddeneil. Leeft: onder houtmijten, in holle bomen, in holen van andere dieren, onder oude schuren enz.; ’t liefst in de buurt van water.Zwemt uitstekend. Zijn menu is zeer gevarieerd en bestaat uit alles, wat het dier op zijn rooftochten tegenkomt: ratten, muizen, eieren, vogels, insecten, wormen, slakken, konijnen, hazen, kikkers, vis enz. Omdat de b. jachtdieren belaagd, wordt het dier intensief door jachtopzichters vervolgd.

In kippenhokken kunnen zij zeer schadelijk zijn, hoewel deze schade vaker door bruine ratten veroorzaakt wordt. Een goed sluitend nachthok en goede afrastering kan deze schade voorkomen. De b. kan een intensieve muizenjager zijn. Ook helpt het dier mee de konijnen op te ruimen. Dit zijn twee nuttige factoren. Bovendien blijkt de b. een zeer gewaardeerde bondgenoot te zijn bij het opruimen van de ons land binnendringende muskusratten. Niettemin wordt hij tot het schadelijk gedierte gerekend.

< >