Het hoger b. is ondergebracht aan de Landbouwhogeschool te Wageningen, waar studierichtingen zijn ingesteld voor de bosbouw in de gematigde zone en voor de tropische bosbouw. De duur van de studie bedraagt 5 jaar, inclusief een praktijktijd van tenminste 6 maanden.
De afgestudeerden verkrijgen de titel van landbouwkundig ingenieur en vinden plaatsing als houtvester en de daarop aansluitende hogere rangen bij het Staats- en particulier bosbeheer. Een belangrijk percentage der afgestudeerden emigreert naar het buitenland.Het middelbaar b. is georganiseerd in de cursus van de Ned. Heide Maatschappij te Arnhem. De duur dezer studie bedraagt 2 jaar, telkens verdeeld in 5 maanden theorie in de winter en 7 maanden praktijk in de zomer. De afgestudeerden van deze cursus vinden plaatsing in de subalterne rangen van het Staats- en particulier bosbeheer (boswachter, bosbouwkundig ambtenaar, rentmeester).
Het lager b. is eerst van zeer recente datum. In 1952 is de Ned. Heide Maatschappij nl. begonnen met een tweeweekse cursus voor de opleiding van bosvakarbeiders, waarin onderricht wordt gegeven in het oordeelkundig onderhoud van kap- en zaagwerktuigen en in rationele werkmethoden. Deze cursus belooft voor de opvoering van de individuele arbeidsprestatie van groot belang te zijn.