(bodemk.) een stuk van een landschap, waarop planten worden voortgebracht. De bovengrens wordt gevormd door het landoppervlak, de ondergrens gaat zover als er biol. krachten op werken, de zijgrenzen worden gevormd door andere b., welke in één of meer eigenschappen met de betreffende eenheid verschillen.
de belangrijkste b. zijn: het bodemtype, de bodemreeks en het bodemlandschap. D.m.v.bodemkartering worden b. in kaart gebracht. Soms worden ook bodemcomplexen en bodemassociaties onderscheiden (vb. z. Bodemclassificatie).