Bevoegdheid tot het stellen van regels voor gelding in eigen kring. Organisaties, zoals verenigingen hebben deze bevoegdheid.
Ook openbare instellingen, zoals provinciën, gemeenten, en waterschappen (indien daaraan keurbevoegdheid is toegekend); eveneens de instellingen der Publiekrechtelijke Bedrijfsorganisatie. Deze inwendige reglementen of rechtsregels mogen niet in strijd zijn met het hogere recht. Huishoudelijke reglementen van verenigingen mogen niet in strijd komen met de statuten; indien deze strijd toch bestaat, zijn de leden aan dergelijke regels niet gebonden. Voor de openbare lichamen vereisen de inwendige verordeningen veelal de goedkeuring van liet hogere gezag. Bovendien kan het hogere gezag zulke verordeningen vernietigen wegens strijd met de wet of met het algemene belang. In verenigingen zijn huishoudelijke reglementen, op de voorgeschreven wijze vastgesteld, bindend voor alle leden. Openbare lichamen kunnen aan hunne verordeningen dwang- en strafmaatregelen verbinden.
