1. Verstandelijk betogen, redeneren.
2. Praten, zich onderhouden (met iem.); dat manneke kan al raisonneren gelijk een grote.
Opm.: In de standaardt. volledig ongebr. (freq. 0), hoewel nog vermeld in versch. handwdb.; de jongste vindplaats bij een Noordndl. auteur dateert van 1928.
- Zie ook WNT XII-3, 186.