1. titel, bij het hoger onderwijs behaald, b.v. de doctorsgraad;
2. hoogte van prestatie: de hoogste graad van bekwaamheid;
3. aanduiding van verwantschap: oom en neef zijn in de derde graad met elkaar verwant;
4. meetgetal op een schaal: zo is b.v. de thermometerschaal tussen het vriespunt en het kookpunt van water door Celsius in 100 graden en door Réaumur in 80 graden verdeeld; zie ook boog.