IJsbreker

betekenis & definitie

IJsbreker - In de 17de eeuw hadden de Amsterdamse bierbrouwers speciale vaartuigen in dienst, die water haalden uit de Vecht, dat bijzonder geschikt was voor het brouwen van het hoofdstedelijke bier. In de winter, als de Amstel dichtgevroren was, was het vaak moeilijk dat water naar Amsterdam te krijgen. In 1696 werd daarom voor rekening van de gezamenlijke bierbrouwers een ijsbreker gebouwd, een vaartuig met ijzeren steven, dat bewogen werd met mensen- en paardenkrachten dat, als de Amstel dicht lag, een doorvaart in het ijs maakte van A. tot Weesp. Als deze ijsbreker aan het werk was, trok de hele stad ondanks de kou, naar de Weesperzijde, die dan, blijkens oude prenten, zoals die van Petrus Schenk uit 1746, het terrein van een feestelijke drukte was. Geen wonder, dat de herbergen aan de Weesperzijde het dan druk hadden en dat er één was, die zich zelfs noemde naar dit vaartuig (zie: IJsbreker, Herberg de).