XYZ van Amsterdam

J. Kruizinga, Gerrit Vermeer (2002)

Gepubliceerd op 22-06-2018

Dageraad (I), De

betekenis & definitie

Dageraad (I), De - Algemene Arbeiders Coöperatie, werd opgericht op 1 febr. 1901, nadat daartoe reeds besloten was op een vergadering in het gebouw van de Algemene Nederlandsche Diamantbewerkers Bond (A.N.D.B.*) op 24 nov. 1900. Hier waren vertegenwoordigers bijeen uit alle richtingen van de moderne arbeidersbeweging, sociaal-democratisch georiënteerd, dat wel. Onder hen bevonden zich o.a. J.A. van Gelder, dr. H. Gorter, Henri Polak*, P.L.

Tak* en dr. F.M. Wibaut*. Deze verbruikerscoöperatie (vnl. kruidenierswaren) groeide spoedig uit tot de grootste van Amsterdam en was zelfs een van de grootste in Nederland. Het grootste aantal leden van de coöperatie is ca. 8.000 geweest (rond 1917). Na de Eerste Wereldoorlog is het snel bergafwaarts gegaan met de verbruikerscoöperaties in het algemeen en met De Dageraad in het bijzonder. In 1920 fuseerde De Dageraad met een aantal kleinere coöperaties in de Algemene Verbruikerscoöperatie. Een van de 36 winkels die De Dageraad op haar hoogtepunt exploiteerde, was gevestigd aan het Van Limburg Stirumplein 4-6, in een pand dat in 1911 door de architectencombinatie Gulden en Geldmaker in opdracht van De Dageraad verbouwd werd. In dit pand is nog jarenlang het kruideniersbedrijf voortgezet door De Gruyter & Zn., die er een filiaal gevestigd had. Tegenwoordig is er de koffieshop "Tramlijn Begeerte" gevestigd, die in haar wijze van bedrijfsvoering veel herinneringen wakker roept aan de begintijd van het socialisme, waarin de coöperatie zo'n belangrijke rol speelde.

De coöperatie gaf van 1905 tot 1920 een eigen periodiek uit, "De Dageraad" geheten, waarin de leden op de hoogte werden gehouden van het wel en wee van de coöperatie en waarin ook een "prijscourant" met de prijzen van de verschillende artikelen was opgenomen. In het bestuur van "De Dageraad" zat o.a. W.H. Vliegen, wethouder van Amsterdam. Het hoofdkantoor van de coöperatie was gevestigd aan de Tolstraat 61. De coöperatie bezat een eigen melkfabriek en een eigen bakkerij. In de coöperatie trachtten arbeiders een socialistische wijze van winkelnering op te zetten door gezamenlijke inkoop van gebruiksartikelen, zuivel- en kruidenierswaren, enz. Deze spullen werden in eigen (kruidenierswinkels verkocht. De leden van de coöperatie kozen een bestuur, dat de zaken van de coöperatie behartigde en contacten met de socialistische beweging onderhield. De winst van de coöperatie werd onder de leden verdeeld.