Bekleeden van het einde (de tamp) van een touw met windingen van garen, tegen uitrafelen. Men gebruikt daarvoor schiemansgaren, dat is: twee- of driedraads geteerde hennep.
Een benaaide takeling wordt gemaakt, door het garen met een naald door de strengen heen te steken. Zulk een benaaide takeling kan niet afglijden. Een Spaansche takeling wordt niet genaaid, maar de einden worden teruggeslagen en onder de windingen doorgetrokken. Bindselen is hetzelfde als takelen.Vroeger was er op elk zeilschip een matroos, die het werk aan het touw verrichtte. Die matroos heette schieman. Een takelaar is een schieman aan den wal, die takelt, bendselt, trenst en splitst. Trenzen zijn de touwtjes, welke in de tieren of groeven tusschen de strengen van dik touw gelegd worden, alvorens men takelt.
