Woordenlijst van het Jodendom

G.F. Callenbach (1988)

Gepubliceerd op 05-02-2024

Priester

betekenis & definitie

’kohen’: oudste, middelaar, iemand die ’dienend voor God staat’. De priester mocht offeren en zegenen.

Hij moest met het oog op deze functie een gewijd leven leiden, anders dan zijn volksgenoten. Het priesterschap werd tijdens de Woestijnreis ingesteld, en de voorwaarden om de dienst te mogen vervullen staan nauwkeurig omschreven in Leviticus 21 en 22. De priester moest afstammen van Aäron, en mocht geen lichaamsgebrek hebben. Hij was ook degene die op de ramshoorn blies bij voorkomende gelegenheden, en had toezicht op de uitvoering van de reinheids voorschriften. Tegenwoordig is hem het geven van de priesterzegen toevertrouwd en de lossing van de eerstgeborene, zie Kohen.