(1989) (scheldw.) vervelende, zeurende, sullige vrouw, vaak erg lelijk. Het voorvoegsel ‘turbo’ is een verkorting van turbocompressor (waarmee snelle auto’s eind twintigste eeuw werden uitgerust) en betekent ‘stevig, krachtig’. Hier wordt het gebruikt ter versterking. In 1987 verscheen van journalist en trendwatcher Jan Kuitenbrouwer: ‘Turbotaal. Van socio-babble tot yuppie-speak’. Sindsdien heeft ‘turbo’ in het jongerenidioom vaak de connotatie van 'geweldig'. Het woord wordt vooral gebruikt ter intensivering. Een Turbo-Harry bijvoorbeeld is iemand die zichzelf erg vlot en geweldig vindt. Maar het woord wordt niet altijd in positieve zin gebruikt. In de Caland Scholengemeenschap van Osdorp (Amsterdam) is turbo in de jaren negentig van de twintigste eeuw ook de aanduiding voor 'lesbisch' en voor 'een verkrachter'.
• En Charry, die stottert, maar net zo lang tot hij in één keer 'turbotrut' kan zeggen. (Popfoto, 06/02/1989)
• Kirstie Alley speelt met verve de rol van turbotrut Gladys Leeman, die letterlijk over lijken gaat om haar suikerzoete dochtertje te laten winnen. (Delta, 08/06/2000)
