Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 06-02-2021

paniekboer

betekenis & definitie

(1978) (sold.) 1) officier of onderofficier van piket; 2) iemand die gauw in paniek raakt.

• (Henk Salleveldt: Het woordenboek van Jan Soldaat. 1978)
• (Leen Verhoeff: Soldatenwoordenboek. 1995)
• (Wim Daniëls: Boerenwoordenboek. 2008)