Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 19-09-2020

kapoentje

betekenis & definitie

(2003) (euf.) vagina.

• Het gegiebel en gejoel wordt nog luider, de fantasie krijgt de vrije loop: zoenen heet ook wel 'speeksel uitwisselen' of 'tongworstelen', een penis kun je ook 'braadworst' of 'brandweerslang' noemen en een vagina kan net zo goed doorgaan voor 'kinderuitgang' of 'kapoentje'. "Het komt misschien wat kinderlijk over, maar het resultaat is dat de tongen nu los zijn en er vrijuit gepraat kan worden, legt Gabrielle uit. (Rotterdams Dagblad, 21/03/2003)