Woordenboek van Populair Taalgebruik

Marc De Coster (2020-2024)

Gepubliceerd op 29-01-2021

de boel opscheppen

betekenis & definitie

(1907) (stud., vero.) alles vernielen.

• Ook die sluiting ia veranderd Vroeger gebeurde dat ’s avonds laat doch men had dan geregeld groote schandalen door de studenten in de medicijnen, in Londen altijd berucht wegens hunne woestheid, die den boel gingen opscheppen wat in studententaal beteekent dat ze alles wat los en vast was vernielden en stuk sloegen zoodat de reparatierekening en de ergernis veel grooter waren dan de hoogere entrees rechtvaardigden. (Leeuwarder Courant, 24/10/1907)