(1974) (ook: staan in dezelfde richting) (cliché) iedereen heeft dezelfde mening. Oorspr. een sportuitdrukking, tegenwoordig populair in managerskringen: iedereen moet (binnen een organisatie) hetzelfde doel nastreven.
• Het is de kracht van Michels (die in alles wordt bijgestaan door Johan Cruijff), dat in deze Oranje-selectie alle neuzen dezelfde kant opwijzen. (De tijd, 01/07/1974)
• Op zo'n moment mag je natuurlijk niet verwachten dat wij een uitstekend draaiend team als Fortuna Sittard even oprollen. Tot de winterstop krijgt deze groep mijn vertrouwen. Juist in deze penibele situatie moeten alle neuzen dezelfde kant opwijzen en iedereen binnen Willem II schouder aan schouder staan. (De Telegraaf, 05/12/1988)
• Wil men met Russische bedrijven contact leggen, dan begint men bij de officiële autoriteiten. In weerwil van de berichten over perestrojka en glasnost staan echter nog niet alle neuzen dezelfde kant op en beschikt niet iedere Rus over de voor zijn commerciële buitenlandse contacten essentiële informatie. (Het Parool, 20/10/1989)
• Zo'n voorgesprek kan vrij lang duren; de verteller tast op dat moment de bereidheid tot luisteren van zijn publiek af en zet alle neuzen dezelfde kant op. (Onze Taal. Jaargang 63. 1994)
• (Pieter Kort: Bisnis Babbel. 1996)
• Informatievoorziening heet dat en heeft bijvoorbeeld tot doel alle neuzen dezelfde kant op te laten wijzen. (Piet van Middelaar: Spiritualiteit en zorgverlening. 2005)
• Als alle neuzen dezelfde kant op wijzen is de kans heel groot dat iedereen de verkeerde kant op kijkt. (Remko Iedema: Doping in de ruimtelijke ordening. 2007)
• Even los van wie gelijk heeft, wat ik mooi vind aan alle neuzen dezelfde kant op, is de ambitie die eruit spreekt. Alle neuzen! Dus ook de wijsneuzen, de snotneuzen, de cokeneuzen, de zeurneuzen, de Pinocchio's, de Cyrano's… (Japke-D. Bouma: Ga lekker zelf in je kracht staan: de ergste clichés op kantoor. 2017)
