wordt gebruikt als looimateriaal en is als zodanig steeds de schors van de rode den (picea vulgaris). Deze komt in vrijwel geheel Europa voor en wordt vooral gebruikt voor de houtwinning; de schors is dus een bijproduct.
Gemiddeld bevat de bast 12 pct looistof en 3,5 pct suiker. Dit suikergehalte is zeer hoog en heeft tot gevolg, dat dennenschors in de looierij tot de belangrijkste zuurvormers behoort (het zuur ontstaat uit de suiker door enzym- en bacteriewerking). Deze looistof wordt tegenwoordig in hoofdzaak alleen nog bij de kuiplooiing gebruikt.